Slecht geslapen. Eerst was er die generator die tot 12 uur ronkte, Jan snurkte nogal hard en de temperatuur was niet goed. Te warm met fleece, te fris zonder. En toen ging om 4 uur ook mijn telefoon nog. Niet de schilder overigens. Bel ik gelegen? Nee, het is midden in de nacht en ik had gezegd na 8/10 terugbellen. Oh, sorry. Jee, is het zo moeilijk om een goede aantekening te maken 😤 Ik heb het al eerder gezegd.
Uiteindelijk maakt Jan me om half 8 wakker. Om 08.20 uur gaan we rijden. Voor op de camping stoppen we even om te internetten en de route voor morgen te bekijken. Shawnee SP is een optie, maar eigenlijk te dichtbij. Het wordt dus Beech Fork SP. De dag erna hebben we ook min of meer ingevuld. Niet naar Pocahontas SP, maar naar Watoga SP.
Om 08.40 uur gaan we echt weg. Het is even een beetje mistig, maar daar hebben we geen last van. Straks gaan we een uur verliezen en we moeten ook nog boodschappen doen. We zien nog 2 herten voor we het park uit rijden.
Om ongeveer half 10 is het zover en is het opeens half 11 en zitten we in de Eastern Time Zone. Nog maar 6 uur verschil met thuis dus.
Bij Lebanon is het rond 12 uur 24⁰. We gaan hier naar de Walmart. Het plaatsje ziet er aardig uit. Er staan een paar mooie oude huizen. Het is er in elk geval rustiger dan in het Midden Oosten. Niet echt een arme streek, want verderop ook grote huizen, goed onderhouden op grote gladgeschoren percelen gazon.
Bij Perryville draaien we links een Kentucky Scenic Byway op.
Nog een smallere weg 😨. Er wordt hier weinig uiting gegeven aan voorkeur voor presidentskandidaat, maar we kunnen natuurlijk wel raden voor wie ze zijn in deze streken 😉 De 68E is een stuk heel mooi, slingerend over de berg tussen de rotsen met veel scherpe bochten. Het is vandaag zeker geen route om je te vervelen. Al helemaal niet als je moet rijden. Later gaat hij over in een 4-baansweg.
Lexington is het paardencentrum van Kentucky en eigenlijk is een groot deel van Kentucky wel paardenminded en het centrale deel noemt zich dan ook Horse Country.
We rijden op de Man O' War Blvd. Man O' War was vroeger een heel goed renpaard. We zien regelmatig grote afgewaaide takken. Zo te zien is Helene zelfs helemaal tot hier geweest. Dan kunnen we ons voorstellen dat het verder naar het zuidoosten helemaal erg was.
Om ongeveer 2 uur zijn we op de camping, Kentucky Horse Park campground. Het ziet er mooi uit, maar er ligt erg veel los blad op de grond en mannen zijn met groot materieel takken aan het opruimen.
We moeten inchecken in de shop en krijgen plek C146. Het Kentucky Horse Park is op maandag en dinsdag dicht. Hebben wij weer. Er zijn dus geen shows en de musea zijn dicht, maar we kunnen wel over het terrein wandelen en naar de standbeelden kijken en misschien staan er wel wat paarden buiten. Het ruikt hier heerlijk naar naaldbomen. We hangen scheef naar rechts op de enorme plek met het best kleine, vooral smalle, stuk asfalt waar de camper op moet staan. Voor en achter 3 hoog omhoog en dan staat hij vrijwel goed. Stekker, water, klaar.
Het is lekker weer. We lunchen even en trekken de korte broek aan en gaan aan de wandel. Eerst lopen we de verkeerde kant op over de camping. We hebben een kaartje gekregen, maar dat is heel onduidelijk. Eerst komen we langs de grote tribune en dan bij de parkeerplaats. Waar de ingang is, is niet duidelijk. Wel zien we een paar van de in de brochure beschreven paardenbeelden van beroemde paarden.
Net als Jan het op wil geven, zien we de ingang. Eerst staat rechts het beeld van Secretariat . Links is een speciale laan naar het beeld en de tombe van Man O' War met uitleg over zijn prestaties en bv. ook over zijn enorm (daar ben ik weer, maar ze waren ook echt huge) grote galopsprongen. Gemiddeld zijn die van een rijpaard 3,5 m., van een volbloedrenpaard 20 ft = 6,096 m. maar van hem waren ze 28 ft = 8,534 m. Een aardige camper dus. Aan het eind is een soort rotonde met in het midden zijn levensgrote beeld en er omheen nog meer informatie. Langs de kant staat informatie en het graf van zijn jockey. Man O' War ligt daadwerkelijk onder zijn beeld begraven en een paar van zijn succesvolle nakomelingen liggen aan de rand.
We wandelen verder door het verlaten park en langs de dichte musea. Het is hier vast heel druk als alles in bedrijf is. Het allerbijzonderst vonden we Staff Sergeant Reckless. Ik kreeg gewoon een brok in mijn keel van het verhaal dat erbij stond over haar dappere verrichtingen in de Korea oorlog. Wat een geweldig paard moet dat zijn geweest.
Introducing Sergeant Reckless, a small Mongolian-bred mare with a racing background in her native country, who became a national hero and the pride of the US Marines.
She was purchased at the age of five for 250 US dollars – from a young Korean boy who needed money to buy his sister an artificial limb – by US Marines during the Korean War to carry ammunition for the 75mm Recoilless Rifle Platoon.
During the Battle of Outpost Vegas in March 1953, she made 51 trips up to the gun sites – most of the time by herself – and carried more than 9000 pounds of ammunition on her back. Wounded twice, she never stopped. She also evacuated wounded and dead from the battlefield, and quickly earned the love and respect of all the Marines who served with her.
We understand that Reckless, who received two Purple Hearts, was a colourful character in her own right, and would hang out around the mess hall and tents when not carrying ammunition or soldiers.
She was a fan of beer, pickles and pancakes. She has been called by some America’s greatest war horse.
In the 1990s Sgt. Reckless was named by Life magazine among America’s top 100 heroes. She was trained to step over communication cables, get down when there was incoming fire and to ignore the sounds of battle. Sergeant Reckless was promoted to Staff Sergeant Reckless in 1959 in honour of her war efforts, and she returned to the United States to live out her days at Camp Pendleton. She died in 1968. Although Sgt. Reckless has been recognized with bronze statues at both Camp Pendleton (California) and the National Museum of the Marine Corps (Virginia), it was the vision of James E. “Ted” Bassett III, a Marine Corps combat veteran of World War II and former president and chairman of the Keeneland Association, that she be memorialised at the Kentucky Horse Park. She has had books written about her and even a song dedicated to her.
Verderop bij de breeds barn zijn alle boxen leeg en wordt er schoongemaakt. Een paar paarden lopen buiten. We denken dat de rest vandaag en morgen verderop op de wei staat.
Dan gaan we terug naar de camper en blijkt er een paadje tussendoor te zijn dat precies achter onze camper uit komt. Vandaag toch nog bijna 9000 stappen gezet. Niet slecht voor een reisdag. Net voordat we afslaan naar de camping zien we een groundhog, maar deze is nu juist weer te snel voor een foto.
Na de afwas maak ik het verslag van gisteren en vandaag af. Dan ben ik daarmee weer bij. Nu de foto's nog. Wie zegt er dat vakantie leuk moet zijn? Hartstikke hard werken hoor 😂. Jan zet de foto's alvast op de laptop. Ik stuur ze toch nog even naar huis en dan kijken we 1 aflevering van The Resident met het laatste beetje ijs 😞